Categories
Nieuws

Rijden met een camper, denk hier vooral aan!

Het rijden in een camper is makkelijker dan je denkt. Als je gewend bent aan auto rijden en je bewust bent van de verschillen met een camper, zou je weinig moeite moeten ondervinden. Met de juiste inzichten en de daarbij behorende rijtechnieken kan je veilig en relaxt naar je bestemming rijden. Rijd niet te hard en maak wijs gebruik van de ruimte.

Het vooruitzicht om met een groot voertuig zoals een camper rond te trekken schrikt vele mensen af. Campers zijn groot, breed, lang en lomp. De eerste keer achter het stuur zitten kan dan ook best wel beangstigend zijn. Maar dit hoeft helemaal niet zo te zijn. Ook niet of je nu een ford bedrijfswagen occasion rijdt of een ford custom transit!

1. Houd de breedte van je camper in te gaten

De gemiddelde camper is bijna een meter breder dan de gemiddelde auto. Als je gewend bent om in het midden van je rijbaan te rijden dan zal je ondervinden dat je met je camper over de rechter streep zal gaan. Houd dus rekening met die extra meter in de breedte.

Hoe kan je dit beste oplossen: leer jezelf aan om dichter naar de linker streep te rijden dan dat jezelf en de camper op het midden van de weg centreert. Je kan dit oefenen met je eigen auto door ook meer aan de buitenlijn te rijden dan in het midden van de rijbaan. Maak er een gewoonte van om de bestuurdersstoel op een positie te krijgen dat ie aan de linkerkant van de rijbaan gepositioneerd is.

Als je dan met de camper gaat rijden pas dan de onderste spiegels aan, zodat ongeveer een kwart van het spiegeloppervlak de zijkant van je camper toont. Door deze spiegelpositie kan je zien waar je je op de weg bevindt ten opzichte van de bestuurdersstoel. Controleer op deze manier vaak genoeg of je nog tussen de rijbaan lijnen rijdt.

2. Houd het midden van je camper in te gaten

Als je een bocht maakt zullen de achterwielen niet dezelfde richting volgen als die van de voorwielen; zij nemen namelijk een kortere route. Met lange voertuigen, zoals campers, kan dit net het verschil uitmaken. Als bochten niet goed ingeschat worden kunnen de achterste wielen stoepranden en dergelijke raken en zo kan het voertuig uit balans raken.

Zorg om dit te voorkomen dat je let op dingen die je juist wilt vermijden. Denk hierbij aan stoepranden, verkeersborden, andere voertuigen, dieren, enz. Zorg dat je rechtdoor blijft rijden totdat je eigen lichaam deze dingen gepasseerd is. Draai dan het stuurwiel in de richting die je op wilt. Terwijl je de bocht maakt, houd je de spiegels in de gaten om te controleren of je alsnog geen stoepranden, borden en dergelijke raakt. Als je alsnog te dicht bij deze objecten komt, stuur dan het stuurwiel bij zodat je weer rechtdoor gaat zodat je de objecten voorbij bent en draai dan weer verder in.

Als bochten erg scherp zijn, is het soms nodig dat je eerst in de tegenovergestelde richting draait zodat je een grotere draaicirkel creëert om de bocht te kunnen nemen. Ga langzaam en gebruik je richtingaangevers zodat je aan iedereen op de weg laat weten wat je doet.